Kakel





De goedkope supermarktkip is eigenlijk helemaal geen kip. Deze 'kippen' zijn kuikens, die nog geen zes weken oud zijn geworden. In die paar weken groeien de dieren uit van een donzig kuikentje tot een vleesklomp van ongeveer 2,5 kilo. In Nederland worden jaarlijks zo'n 400 miljoen kuikens gemest.

Vanaf de broederij gaan de kuikentjes direct naar een mestbedrijf, waar ze met 10.000 of meer in een schuur zonder ramen terechtkomen met 16 tot 24 dieren per vierkante meter stal.

Aanvankelijk hebben de dieren nog voldoende ruimte om te bewegen, maar na een aantal weken is de stal vol gegroeid met kuikens. Voor het uitstrekken van de vleugels, schoonmaken van het verenkleed en scharrelen is dan nauwelijks nog ruimte. De buitenlucht zien de kuikens alleen nog maar op weg naar het slachthuis.

Slachtkuikens worden extreem doorgefokt op snelle groei, dikke bouten en veel borstvlees. Deze eenzijdige fokkerijselectie leidt tot veel ziektes. In de jaren 50 duurde het 13 weken om een kip van 2 kilo te produceren. Nu gaat dat 2 keer zo snel. Ze groeien zelfs zo snel dat jaarlijks miljoenen dieren letterlijk doodgroeien; de organen of poten kunnen de snelle groei niet meer bijhouden en de dieren worden ziek en kunnen amper meer lopen.

Als de dieren op slachtgewicht zijn, komt de vangploeg. In enkele uren tijd worden de duizenden kuikens in kratten gepropt. Dat gebeurt met de hand, of met speciale vangmachines.


Op 28 mei jl. was een vrachtwagen met kratten vol met kuikens op weg naar de slachterij in Zevenhuizen. Door omstandigheden, naar welke ik alleen maar kan raden, is één van de kippen uit één van de kratten en van de vrachtwagen op de N219 gevallen. En daar zat ze dan wie weet hoe lang in de brandende zon.

En toen reed ik langs.

Natuurlijk heb ik de kip van de weg gehaald en meegenomen. Ze zag er beroerd uit: vies, kaal en bang.

Ik wilde de kip laten inslapen bij de dierenarts maar die vond dat ik haar een kans moest geven. En dat heb ik gedaan!

Er is een ren gemaakt in de tuin. Er is een nachthok gekocht. En kippenvoer.

Pas na 3 dagen ging de kip staan. Haar misvormde poten konden haar zware lijf niet dragen. Ze was bang van alle geluiden om haar heen. Had nog nooit de zon gezien.

We gaven haar een worm. In eerste instantie wist ze niet wat ze er mee moest. Na lang aarzelen at ze ‘m op. De 2e en de 3e worm werden zonder aarzelen verslonden.

Drie weken verder: Kakel had de veren, die ze nog had, netjes schoon gepoetst en daar waar ze kaal was kwamen allemaal nieuwe donsveren. Ze was weer wit! De kam op haar kop was weer mooi rood en niet meer roze door de bloedarmoede, gekregen door het eenzijdige voer wat ze bij de pluimveehouder kreeg. Ze scharrelde door de aarde, at insecten en wormen, at van alle planten. Ze ging ’s avonds zelf haar nachthok in als het ging schemeren en kwam er ’s morgens weer uit. Ze nam een ‘stof bad’ in de aarde. Ze was niet meer bang voor alle geluiden. Ze was nieuwsgierig en aanhankelijk.

Ook al liep ze nog wat moeilijk: ze kon eindelijk kip zijn! En toen begon ze ineens te kraaien. Wat bleek: Kakel was geen hen maar een haan. Voor ons maakte dat niks uit, voor mijn buren wel. Kakel moest weg. Kakel heeft nog een tijdje in het ganzenparadijs in Coevorden  mogen wonen. Hij had het geweldig naar z'n zin! Maar vorige week (februari 2011) hebben ze in het Ganzenparadijs moeten besluiten hem in te laten slapen. Zijn veel te zwakke poten konden zijn enorme lijf niet meer dragen.

Toch heeft Kakel geluk gehad. In tegenstelling tot de andere bijna 400 miljoen kuikens die jaarlijks worden vetgemest.  Kakel heeft wel de zon mogen voelen, de lucht mogen zien, kunnen rondscharrelen en zich kunnen ontwikkelen tot een volwassen haan. Kakel heeft in Coevorden tussen tientallen hanen (en andere vogels) vrijheid gekend.

Kakel wel!

Denk bij de aanschaf van dat goedkope vlees in de supermarkt aan het onvoorspelbare leed wat daaraan vooraf is gegaan. Denk aan Kakel!!!!



"Cruelty against animals and the indifference towards their suffering is one of humanity's heaviest sins. It is the basis of human perversity. If man creates so much suffering, what right does he have to complain about his own?"
Romain Rolland (1866 – 1944



Terug naar pluimvee